Groot schilderboek, waar in de schilderkonst in al haar deelen grondig werd onderweezen, ook door Redeneeringen en Prentverbeeldingen verklaard; met Voorbeelden uit de beste Konststukken der oude en nieuwe puikschilderen bevestigd: en derzelver Wel- en Misstand aangeweezen

In opzet heeft dit boek een encyclopedische benadering van de schilderkunst. Een aantal categorieën en een aantal genres van de schilderkunst worden besproken. De proportieleer staat in het teken van de schoonheid, een gemene, een ongemene en een volmaakte schoonheid. Andere categorieën die ter sprake komen zijn onderwerp, kleur, perspectief, landschap, portret, architectuur, plafondschildering, schilderen van sculptuur en relief, stilleven, bloemen enz.

De schilder Gerard de Lairesse ontving in zijn eigen woning kunstenaars aan wie hij hoorcolleges over het academisme gaf. Deze redevoeringen werden door een zoon van hem opgeschreven en gepubliceerd. Een aspirant-kunstenaar moest zich volgens De Lairesse eerst oefenen naar prenten en pleisterbeelden, voordat hij naar levend naaktmodel kon gaan tekenen. Deze werkwijze was nodig omdat met behulp van het naaktmodel spieren in beweging kon worden bestudeerd, terwijl een naaktmodel niet de ideale proporties had en zodoende altijd gecorrigeerd diende te worden aan de hand van kennis van de antieken. Het boek werd vaak als prijs weggeven bij tekenwedstrijden aan de Stadstekenacademie.